Sprong voorwaarts of terugval - We leven in een tijd waarin crises over elkaar heen buitelen. Dat komt volgens Herman Wijffels omdat de systemen die we gebouwd hebben ten onder gaan aan hun eigen succes. Een crisis is een keuzemoment: of we maken een sprong voorwaarts, of we vallen terug. Als systemen niet langer werken, is verbeteren niet langer genoeg. Dan werkt alleen fundamentele verandering. Toch zijn veel organisaties bezig met wat Engelsen zo mooi noemen: ‘rearranging the deckchairs on the Titanic’. Ze voelen zich machtig en onoverwinnelijk en kunnen niet inzien dat ze dreigen te zinken wanneer ze niet van koers veranderen.

Veel van onze organisaties zijn gebouwd rond controle en beheersing. Het lastige is dat de systemen die de garantie voor succes waren, nu snel improductiever worden. Ze keren zich tegen zichzelf. Daarom verkeren we in een crisis. Het lineaire karakter van de inrichting van onze organisaties en onze processen is de grootste oorzaak. Dit lineaire karakter leidt tot verspilling, uitputting, aantasting en vervuiling, zowel letterlijk als figuurlijk. Dat maakt de lineaire productie-organisatie niet geschikt voor de 21ste eeuw.

De fundamentele verandering waar we voor staan, kunnen we alleen realiseren als we vertrekken vanuit een andere basis. Herman Wijffels legde dat laatst in een lezing alsvolgt uit: ‘De basis achter onze lineair mechanische organisatie inrichting komt voort uit de Newtoniaanse natuurkunde. De wereld is opgebouwd uit losse deeltjes. Vanuit het sociaal Darwinisme is daar aan toegevoegd dat die deeltjes in strijd zijn met elkaar. Deze elementen drijven ons de verkeerde kant op. De kwantumfysica heeft ons geleerd dat de wereld is opgebouwd uit verbonden delen.’ Dat is de stap die organisaties moeten maken om succesvol te blijven in de 21ste eeuw. Innovatief organiseren houdt in dat organisaties zichzelf omturnen tot een interdependent systeem met cyclische processen. Darwin is structureel verkeerd geïnterpreteerd. De ‘survival of the fittest’ wordt structureel geïnterpreteerd als dat de sterkste wint. Terwijl Darwin het heeft over de ‘fit’: de best aangepaste overleeft. Charles Darwin verwoordde het zelf alsvolgt: It is not the strongest of the species that survives, nor the most intelligent that survives. It is the one that is the most adaptable to change.’ Organisaties moeten zich heruitvinden.

Hoe kunnen ze innoveren naar de volgende fase in hun evolutie? Jef Staes, schrijver van onder andere het boek ‘ik was een schaap’ adviseert het volgende: ‘We gaan naar een tijdperk waarin we mensen met confronterende ideeën de ruimte moeten geven om te bewijzen dat ze werken, no guts, no glory.’ Daar ben ik het volledig mee eens: GUTS is de belangrijkste competentie voor overleving in deze roerige tijden. De GUTS hebben om radicaal vernieuwende ideeën uit te proberen. De GUTS om fouten te maken en daar van te leren. De GUTS om de rigide systemen die tot dusver de basis vormden voor ons succes los te laten. Organisaties die de GUTS tonen om fundamenteel te veranderen hebben de toekomst. Organisaties die daar niet toe in staat zijn zullen het lot van de dinosaurus ondergaan: uitsterven wegens een gebrek aan adaptief vermogen.Waarom blijven we fouten maken?